Seizoenen

In het najaar ben ik altijd opgelucht als het tuinseizoen er weer op zit. Mijn tuinen – een siertuin bij huis en een groentetuin op loopafstand – leggen in de zomer beslag op een groot deel van mijn tijd. Ik werk er met veel plezier in en geniet van alles wat die tuinen opleveren aan voeding voor ogen, neus en lichaam. Maar er sluipt geleidelijk ook een zekere vermoeidheid in en eind augustus begin ik uit te kijken naar het moment dat het klaar is.

Mijn tuinen leren mij mee te bewegen met de seizoenen. In het najaar neemt, met het minder worden van het licht en het verkleuren van de bladeren, mijn energie af. Mijn behoefte om het rustig aan te doen neemt toe. Mijn blik richt zich naar binnen, en mijn activiteiten spelen zich steeds meer binnenshuis af. Opruimen, schoonmaken, klein onderhoud: alles waar ik in de zomer niet aan toekwam. Lekker lezen: de tijdschriften die zijn blijven liggen en de boeken die ik heb verzameld. De winter is voor mij ook de tijd om het schrijven weer op te pakken.

In de winter is er nog van alles in de tuin te doen. Maar in dat seizoen kan ik de dagelijkse behoefte aan frisse lucht vaak combineren met een uurtje tuinwerk. Een beetje opruimen, wat snoeien, of gewoon een rondje door de tuin maken om te kijken wat er gebeurt.

Winterklaar maken, daar doe ik niet aan. Van mijn ouders, beiden bioloog, leerde ik al dat het beter is om zoveel mogelijk plantenresten te laten staan. Ze beschermen de ondergrondse delen van de planten en de jonge knoppen, er kunnen insecten in of onder overwinteren, en de langzaam verterende plantenresten voeden de bodem. En dat met rust laten past helemaal bij mijn behoefte om de buitenboel even te laten voor wat hij is.

De feestdagen in december roepen altijd weerstand bij me op. Niet omdat ik niet van gezelligheid houd, maar omdat ik even uit mijn zelfgesponnen cocon moet komen. Er moet gepland worden: met wie, waar en wat. Het huis moet versierd, er moeten boodschappen worden gedaan in overvolle winkels en er moet worden gekookt. Er komt bezoek, of we gaan op bezoek. Ik heb geleerd om in die tijd stevig met mijn voet op de rem te leven, om te voorkomen dat het teveel wordt.

De kerstdagen vallen samen met de donkerste tijd van het jaar. Ook al begint het licht dan weer terug te keren, pas in de loop van januari richt ik voorzichtig mijn blik weer naar buiten. Als ik merk dat de dagen een klein beetje langer worden, de natuur weer in beweging komt en de eerste sneeuwklokjes en krokussen bloeien, dan komen er gedachten in me op over het komende tuinseizoen. Ik kijk wat ik nog heb aan groente- en bloemenzaden en bestel bij wat er ontbreekt.

Op een zachte dag in februari moet ik me soms inhouden om niet alvast een eerste voorjaarsschoonmaak in de tuin te houden. Het kan in maart ook nog gemeen vriezen en de planten zouden het me niet in dank afnemen als ik hun beschermlaag van dood blad zo vroeg weghaal. Maar in maart ga ik los, gebruik makend van de toenemende energie van het voorjaar. Spitten, zaaien, schoonmaken, planten en verplanten. Door de winterpauze is mijn energie weer op peil. Ik heb er weer zin in.


Twitter Facebook LinkedIn Volgen



Schaamte

Afgeschreven

Verslaving

Klimaatfictie

Ontspullen